Je zou het aardse leven kunnen zien als een school met vele klassen en een vastgesteld leerplan. De verschillende klassen stellen ontwikkelingsstadia van onze ziel voor, de leerstof “ons lot” en “ons doel” bewustwording en groei naar liefde.
Die bewustwording en groei naar liefde is het doel van de levensschool. Je begint in de laagte klas met leren en je doet dit zo goed als je kan. Je leert van de mensen om je heen en van datgene wat je doet. Zo kun je steeds jezelf verbeteren!
Wanneer je iets hebt geleerd wordt het geleerde nog enkele malen getest en wanneer je het echt hebt opgelost krijg je weer een nieuw probleem voorgelegd. Op school wordt er af en toe een examen afgenomen. Dat maak je zo goed als mogelijk. Je levert je werk in en verlaat het klaslokaal. Op de gang ontvang je de oplossingen. Je ziet in een oogopslag wat je beter had kunnen doen. Helaas kun je niet opnieuw het klaslokaal binnengaan en je antwoorden wijzigen. Je kan met de oplossingen die je nu weet niets meer beginnen. Je moet op een nieuw examen wachten. Een herkansing. Waarbij je deze kennis kan gebruiken mits je deze dan nog weet. Wanneer je in deze metafoor het verlaten van het klaslokaal ziet als sterven dan zie je dat je na je dood ziet op welke gebieden je het anders had kunnen doen. Je kunt alleen niet terug om het te herstellen. Je moet wachten op een nieuwe incarnatie om je lessen verder te leren.
Nadat je jouw lichaam hebt verlaten ontstaat bewustzijn over je gehele leven en je ziet dan ook de onhandigheden in je leven. Net als bij een multiple choice toets waarbij je een sjabloon over de antwoorden legt en direct kunt zien waar de fouten zitten, zo kun je na de dood je leven overzien en in een oogopslag weten waar je het anders had kunnen doen.
Het beoordelen van het leven zit alleen iets anders in elkaar. Het gaat niet om een oordeel van goed of fout. Het gaat alleen over beweging naar een andere staat van zijn. Het is niet goed of fout. Je gaat mee in de (groei-) beweging van je ziel of niet.
Wanneer je tegen de/je natuur (ziel) in bent gegaan, dan werkt dat als het ware verstorend op de ontwikkeling van de gehele (kosmische) energie. Dus dan komt er een correctie. Deze correctie is geen straf maar een poging om het geheel weer te laten functioneren. Het is een beetje als het navigeren van een boot in een kanaal. Wanneer je de boot stuurt en je komt tegen de rand van het kanaal aan botst de boot terug. De botsing zou je als een gevolg kunnen zien van het sturen. Het is niet goed of fout, de botsing is gewoonweg het gevolg van het sturen. De randen van het kanaal zijn daarbij de grenzen van de wetmatigheden. De kaders waarbinnen de energie stroomt.
De gevolgen van de correctie worden door de mensen vaak beleefd als straf. Dit is het echter niet. Het is een gevolg. Zoals wanneer je iets omhoog gooit het ook weer naar beneden valt onder invloed van de zwaartekracht. Zo stroomt de mens richting ontwikkeling en groei. En het kan daarin afwijken van de route alleen de richting staat vast.
De wetmatigheid waarover ik spreek is iets wat ik alleen maar kan beschrijven als liefde. En na afloop van het leven -ongeacht geloof afkomst etc.- is er de erkenning van de werkelijkheid. Men ziet daarin hoe het in deze werkelijkheid, anders had gekund. Daarbij maak je je los van de tijd en kun je je leven in een oogopslag overzien.
Dat wat nog niet geleerd is kan men alsnog leren door weer in een lichaam op aarde te komen en daar de les te leven.
Het grappige is dat wij mensen in de andere werkelijkheid -het hiernamaals- ons vaak fantastisch voelen en zeker niet terug willen naar de aarde om ons verder te moeten ontwikkelen. Terwijl we op aarde er juist alles aan doen om niet dood te gaan.
We zijn dus bang als het ware bang voor “de hemel” als we in een fysiek lichaam leven. Want iedereen gaat zonder uitzondering naar deze andere werkelijkheid waar geen oordeel is en geen pijn.
Zo is een student die voor zijn examen zakt niet slecht, dom of stom. Hij wordt gewoonweg uitgenodigd en aangespoord weer zijn best te doen bij zijn volgende examen / in een volgend leven. Je zou daarbij kunnen bedenken dat je je op de aarde onder andere ontwikkelt aan de hand van negatieve en ook positieve ervaringen en dat de polariteit van pijn en geluk ervaren kan worden als ‘de hel’. Of allemaal diverse grote en kleine helse ervaringen. Dat wij in het hiernamaals, niet graag terugkeren naar de aarde is daarmee best begrijpelijk!
Het hiernamaals is eigenlijk de tegenpool van het aardse leven. Het vult de aarde aan en vormt daarmee een eenheid. Het een bestaat niet zonder het andere. Het is ook gelijkwaardig. Niet hoger of lager wanneer je in het hiernamaals bent. Sterven is geen vooruitgang of achteruitgang. Het is een verschuiving naar een andere werkelijkheid.
Je kunt het vergelijken met slapen en wakker zijn. Het zijn twee toestanden van bewustzijn. De mens kan niet zonder slaap leven.
Leven en sterven zijn als slapen en wakker zijn. De toestand na de dood lijkt op de droom, verwerkingsfase van het leven. Door dood te gaan kan men zien waarin men nog kan ontwikkelen en door te sterven kan men niet al te gehecht raken aan zijn persoonlijkheid. In een nieuw leven kun je nieuwe manieren leren om om te gaan met je vraagstukken.
Ook de tijd valt weg in de andere werkelijkheid die we het hiernamaals noemen. Wat in het fysieke leven honderd jaar kan zijn kan daar een ogenblik zijn. Na de dood is er geen gevoel voor tijd. Net zoals wanneer we slapen we niet altijd weten hoelang we geslapen hebben maar we kunnen een hele uitvoerige levendige droom gehad hebben in een enkele minuut.
In mijn boekje “over doodgaan en het leven erna“. kun je meer lezen over mijn ideeën over het leven na de dood!